In de bestaande toestand werden verschillende oude uitgestrekte industriële gebouwen gebruikt voor deze stockagefunctie. Binnen een groter masterplan werden deze logistieke gebouwen gedeeltelijk afgebroken, om plaats te maken voor een efficiënt gestapeld stockgebouw die tevens de resterende gebouwen ontsluit.

Het specifieke gebruik, de bijzondere locatie in centrum Deinze, naast het station, en de nabijheid van de verhoogde spoorwegberm waren bepalend voor de keuze voor een rationeel, flexibel en demontabel gebouw.

Samen met het stadsbestuur is er doorheen het ontwerpproces onderzocht wat de verschillende toekomstscenario’s voor dit gebouw zouden kunnen zijn. Binnen dit kader was de meest voor de hand liggende nabestemming: een stations-P&R garage van twee bouwlagen met daarbovenop een nieuw maaiveld die over de spoorwegberm kijkt en waar tot 5 bouwlagen wonen in houtskeletbouw mogelijk zou zijn. De verenigbaarheid tussen dit toekomstscenario als nabestemming en op vandaag een stockagegebouw volledig op maat van de werking van Weba, met een afhaalkade aan het zuiden, laadkaaien aan het westen, kantoren en sociale lokalen op de verdieping en waarbinnen een efficiënte logistieke flow plaatsvindt, vormde de basis van het circulariteitsconcept.

In essentie werd een uiterst flexibel betonnen gebouw van twee bouwlagen ontworpen, net iets hoger dan de naastgelegen spoorwegberm. Dit gebouw heeft een traveemaat van 8x8m en kan daarmee dienen als een rationeel stockagegebouw, of een bovengrondse parkeergarage voor een P&R-stationsparking, of eventuele kantoren of woningen, mits het verwijderen van de demonteerbare betonnen gevelpanelen en openen van enkele patio’s.

Bovenop deze structuur staat een derde bouwlaag in staalbouw die boven de spoorberm uitkijkt. Hierin worden de producten met een lage rotatie opgeslagen. Deze structuur kan met zijn schroefverbindingen eenvoudig worden ontmanteld en hergebruikt op een andere locatie, wanneer het gebouw en de locatie zijn huidige functie zou ontgroeien. Bovenop deze staalstructuur ondersteunt de steeldeck een groendak met fotovoltaïsche panelen die het volledige energieverbruik van het gebouw hernieuwbaar kunnen afdekken.

De gevels worden op het gelijkvloers en de verdieping voorzien van een robuuste betongevel die zich laat begroeien aan de zuidzijde (=stationszijde). Hiermee gaat de sokkel in dialoog met de spoorwegberm en vormt ze een solide basis waarlangs de logistieke manoeuvres van grote vrachtwagens vrij spel hebben.

De staalstructuur, op niveau van het naastgelegen perron, is bekleed met geprofileerde staalplaten, waarachter minerale isolatie in binnendozen voor een uiterst demonteerbare gevelopbouw zorgen. De gekartelde staalplaten in parelmoer vormen een lichte dynamische bekroning van de solide sokkel.

Door de beperkte warmtebehoefte en de hoge compactheid van het gebouw, was het relatief eenvoudig om een betaalbaar, volledig hernieuwbaar energieconcept te integreren. Als warmteopwekker zorgt de centrale warmtepomp met warme lucht blazers, gevoed door elektriciteit uit de PV-panelen voor de basiswarmte in het nieuwbouwvolume. De grote buffervaten werken als een batterij, waardoor de gelijktijdige werking van de warmtepomp en de zonnestroomproductie zoveel mogelijk kan worden gestuurd. Deze PV-panelen worden tevens ingezet voor het opladen van de elektrische clarks voor de ophaling in het magazijn. Het zomercomfort wordt gegarandeerd door zeer beperkte interne en externe warmtewinsten en een intensieve nachtkoeling langsheen de massieve structuur. Door de hoge brandlast in het stockagegebouw kan een efficiënte EFSR- sprinkler installatie de brandveiligheid garanderen zonder bijkomende RWA installatie en grote brand-/ en rookschotten die de werking van het magazijn belemmeren.

Deze combinatie van circulaire concepten, zowel in zijn flexibele structuur, type materiaalgebruik, wijze van materiaalverbindingen en demonteerbaarheid en het hernieuwbare energieverbruik zorgen voor een toekomstbestendig gebouw. Deze concepten worden tevens leesbaar voorgesteld in de modulering en maatvoering van de buitenschil, in relatie tot zijn directe omgeving.